PSO Toelichtingen archief |
Ottorino Respighi (1879-1936)Fontane di Roma is het eerste symfonische gedicht uit het drieluik dat Respighi geďnspireerd door de stad Rome schreef. Na de Fontane di Roma (fonteinen van Rome), volgden in 1924 de Pini di Rome (pijnbomen van Rome) en in 1929 de Feste Romane (Romeinse feesten). Fontane di Roma was tevens het eerste grote succes van Respighi, alhoewel dit niet zonder slag of stoot ging. De premičre was gepland voor eind 1916, tijdens de Eerste Wereldoorlog, onder leiding van Arturo Toscanini. Alhoewel Italië ernstig te lijden had onder het oorlogsgeweld weigerde Toscanini zijn programmering aan te passen. Een van zijn concerten opende hij met een selectie uit het werk van aartsgermaan Richard Wagner. Op het moment dat hij de Siegfrieds Dodenmars inzette, riep iemand uit het publiek: “Dit stuk is voor de Italiaanse doden”. De woedende Toscanini wierp zijn dirigeerstok in het publiek, stormde het podium af en verliet Rome. Hierdoor liet de premičre van Fontane di Roma nog tot maart 1917 op zich wachten. Onder leiding van Antonio Guarnieri werd het echter geen succes. Het duurde nog tot de uitvoeringen in Milaan en Rome onder leiding van Toscanini in 1918 voordat het publiek Fontane di Roma in zijn hart sloot en Respighi’s faam gevestigd werd. De partituur van Fontane di Roma voorzag Respighi van een korte toelichting over het stuk: “In dit symfonische gedicht heeft de componist getracht uitdrukking te geven aan de gevoelens en beelden die vier Romeinse fonteinen bij hem opriepen op het uur van de dag waarop hun karakter het meest in overeenstemming was met het omringende landschap, of wanneer hun schoonheid het meest indrukwekkend was voor de waarnemer. Het eerste deel van dit symfonische gedicht, geďnspireerd door de ‘Valle Giulia Fontein’, toont een landelijk tafereel: kuddes vee passeren en verdwijnen in de koele ochtendmist van de Romeinse ochtendstond. Een plotseling luid en aanhoudend hoorngeschal introduceert het tweede deel, de Triton fontein. Het lijkt op een uiting van vreugde, een oproep van waternimfen en watergoden, die aan komen rennen. Dit alles mondt uit in een waanzinnige dans tussen de waterstralen. Vervolgens verschijnt een ernstig thema dat voortkomt uit de golven van het orkest. Het is de Trevi-fontein midden op de dag. Het ernstige thema gaat van de houtblazers over naar de koperblazers en krijgt een triomfantelijk karakter. Het vierde deel, de fontein van de Villa Medici, begint met een triest thema dat uitstijgt boven een ingehouden vibratie. Het is het nostalgische uur van de zonsondergang. De lucht gevuld met klanken van klokgelui, vogelgekwetter en bladgeruis. Langzaam valt de stilte van de nacht ”. |