Oktober 2003
 VHV Online
Jaargang 8, Nummer 1

En toen was hij weg

Viool vermist Al twee decennia sjouw ik hem overal mee naar toe: op de fiets naar de les in Soest, mee kamperen in Zwitserland, Duitsland, Denemarken en weet ik waar nog meer, zelfs mijn studietijd heeft hij overleefd, het klimaat van Thailand was geen probleem, bedrijfsfeesten en jamsessions met elektrische versterking … Een keer bleef hij na een PSO-repetitie in de trein liggen en reisde hij op eigen houtje naar Den Haag maar zelfs toen liep het goed af en kreeg ik weer de bevestiging: deze viool hoort gewoon bij mij, daar blijft iedereen gewoon netjes van af. Wie heeft er ook wat aan, hij ziet er niet bijzonder mooi uit, vaak kreeg ik wel complimenten over de heldere klank, maar ook vaak de opmerking of ik niet wat harder kon spelen. Eigenlijk was ik wel toe aan een ander instrument, maar één ding stond vast: deze viool zou ik nooit wegdoen.

12 september ging ik naar een beurs in de RAI in Amsterdam. Zoals zo vaak had ik de volgende dag mijn viool nodig dus die ging mee. Maar waar laat je hem dan? Als je de viool al van tevoren in de afgesloten kofferbak van je auto legt kan toch niemand weten dat hij er in zit? En wie durft er midden in zo’n bewaakte garage auto’s open te breken?

Na de beurs loop ik met wat Duitse zakenrelaties naar mijn auto. Hé, heb ik vergeten de portieren te sluiten? Ik dacht toch echt dat … ‘Ah, Du lässt Dein Handschuhfach aufstehen’ zegt degene die voorin gaat zitten. Hij is een man van de wereld en begrijpt meteen dat dit in het ruige Amsterdam een noodzakelijke voorzorgsmaatregel is om nieuwsgierige ogen te laten zien dat er niets in zit.

Ik verbaas me er maar kort over dat ik de auto zo zou hebben achtergelaten, want ik ben druk bezig in het Duits te converseren met deze heren over de marktkansen en bedreigingen van hun jonge bedrijfje en dat leidt af. Het handschoenkastje gaat dicht, en we rijden naar een filmzaal op een andere locatie in Amsterdam. Daar zal een korte experimentele film vertoond worden, waarin twee boeven proberen een kluis te kraken en zichzelf daarbij hopeloos in de nesten werken.

Pas als ik de auto parkeer bij de filmzaal realiseer ik me dat er iets niet klopt, ik spring naar de kofferbak van de auto en open de klep … Er is niets te zien. Inderdaad, de viool is weg. Terug naar het voorportier: een kleine beschadiging laat zien dat ook dit slot opengebroken was. Beveiligde garage of niet: het is blijkbaar niet moeilijk om twee sloten van een auto open te breken, die te doorzoeken en er met een forse vioolkist vandoor te gaan. Later blijken er nog twee overhemden uit mijn reiskoffer te ontbreken. De radio die ik altijd diep onder mijn stoel stop heeft de indringer gelukkig niet ontdekt.

Terug bij de RAI haalt de dame achter de balie geroutineerd een formulier te voorschijn waarop ik tenminste mijn verhaal kwijt kan. Volgens haar is het voor het eerst in maanden dat er weer een auto opengebroken wordt. Een prima routebeschrijving helpt me naar het dichtstbijzijnde politiebureau. De politie laat een heel ander geluid horen: Is uw auto opengebroken? U komt zeker van de RAI, u bent de zoveelste … Kunt u misschien morgen terugkomen, alle agenten zijn al bezig…

De twee weken die volgen vullen zich met het opstellen van een signalement, selecteren van een foto, vioolbouwers informeren per mail of per brief, bellen met alle handelaren in antiek en tweedehands goederen van Amsterdam. Je hoort tips en verhalen: Je moet een advertentie zetten met een zielig verhaal dat het de laatste herinnering is aan je dierbare opa … die en die heeft zijn dwarsfluit teruggevonden bij een antiekhandel … nicht zus en zo heeft een forse beloning uitgeloofd en zo haar viool teruggekregen … kijk op marktplaats.nl, dan heb je hem zo weer terug … Ik scheld mezelf uit dat ik nooit een goede ‘technische’ foto heb gemaakt van viool en stok. Gelukkig is het opstellen van een signalement van de viool niet zo moeilijk. De inboedelverzekering laat weten dat bij diefstal uit de auto een maximum geldt van 227 euro. Nou, dan zijn tenminste de snaren gedekt.

Even vlamt de hoop op: bij het pandjeshuis is een viool als onderpand aangeboden. Nee meneer, we kunnen u geen informatie verstrekken, dat mogen we alleen aan de recherche … De recherche vraagt het; het is hem niet. Bovendien heeft het pandhuis de viool niet aangenomen, ze vertrouwden het niet, er zat geen taxatierapport bij.

Later is ook bij een muziekhandel een viool te koop aangeboden, ook zij houden er strenge normen op na en nemen hem niet aan. Alleen als het om zeer kostbare instrumenten gaat doen ze dat wel, omdat de eigenaar dan toch wel komt opdagen … edelmoedig van ze. In feite denk ik daar nu heel anders over: ze kunnen beter ieder instrument altijd kopen, en publiceren op het internet. Ik koop liever mijn instrument terug dan dat ik hem helemaal kwijt ben.

Tips
- maak nu goede foto’s waarmee je instrument te identificeren is en noteer de bijzonderheden
- Wacht niet met het afsluiten van een (goede) instrumentenverzekering. Een bekende firma is Robert Blom in Amsterdam, maar er zijn er meer
- Breng je naam aan in de koffer, zo mogelijk onuitwisbaar, en ook nog op een meer verborgen locatie
- Neem na verlies of diefstal direct een dag vrij om je opsporingsverzoek breed te verspreiden en loof ook direct een beloning uit. Als die muziekhandel een instrument aangeboden krijgt nadat ze jouw opsporingsverzoek heeft gezien, kopen ze dat instrument waarschijnlijk wèl, en anders niet. Het is zuur als je hier te laat mee bent.
- En last but not least … haal geen stomme dingen uit met je instrument (zoals ik, ja!)

De volgende zaterdag plaats ik een advertentie in de Volkskrant: viool vermist. Dezelfde dag ga ik op onderzoek uit in Amsterdam. Net als ik gearriveerd ben gaat de telefoon. Een trage stem informeert: ben ik op zoek naar die viool? In zo’n bruine kist met rode bekleding? Dan moet ik naar Amstelplein nummer 4 komen, en daar vragen naar Martijn. Meer laat hij niet los.

Ik ben blij. Ik zal ongetwijfeld moeten betalen, maar dat heb ik er graag voor over. Volgens mijn kaart bestaat het Amstelplein echter niet! Een flauwe grap? Heb ik het verkeerd verstaan? Terugbellen kan natuurlijk niet, het nummer is onderdrukt. Ook doorgewinterde Amsterdammers kennen het adres niet: Meneer, ik woon hier al mijn hele leven, dat plein bestaat niet! Om dat te bewijzen pakt de man zijn gloednieuwe Falkplan er bij. Daar staat het plein wel degelijk op. Het is nieuw en ligt bij het Amstelstation.

Als ik het plein nader weet ik: dit zit niet lekker, dit plein is op zaterdag veel te verlaten, aan de voet van de Rembrandttoren en het nieuwe Philips-hoofdkantoor … Er is een geldautomaat, dus de beller heeft zijn rendez-vousplaats niet onhandig gekozen. Wat me wel erg onhandig lijkt is als ik straks een mes onder mijn neus geduwd krijg. Ha, ha, jij bent er mooi ingestonken … sukkel … kom maar op met je pincode! Het minste wat ik kan doen is even het thuisfront laten weten waar ik ben en wat ik hier doe. Als ik jullie over een half uur niet weer heb opgebeld, waarschuw dan de politie maar.

Midden op het plein staat een gloednieuw cafeetje. Dat is nummer 4. Volgens de schoonmaker is Martijn de baas van het spul. Hij is er niet, het café is eigenlijk dicht. Ja hoor, ik kan hem wel even bellen. Maar Martijn weet van niks, althans wekt die indruk. Er werkt nòg een Martijn bij het café. Deze krijg ik ook aan de lijn maar die weet echt van niets. Ik heb van tevoren briefjes gemaakt om op te hangen, ik laat er een achter bij het café. Een tijdje blijf ik nog op het plein rondhangen, wie weet word ik aangesproken door … Het gebeurt niet. Volgens de politie kan de beller achterhaald worden door het archief van de telefoonmaatschappij op te vragen, maar alleen met een bevel van de Officier van Justitie en die gaat natuurlijk niet voor zoiets ... Nee, ik begrijp het. Het blijft knagen: Een grap? Maar waarom? Die naam Martijn klopte wèl. Was ik te laat gekomen? Het zoeken naar dat plein kostte een uur. Of wist Martijn meer dan hij wilde toegeven?

In de metro terug naar het Waterlooplein valt het me extra op hoe ongelofelijk veel zwervers er rondlopen. Ik voel me minder relaxed in Amsterdam dan vroeger en houd mijn tas goed in de gaten. De marktlui op het Waterlooplein nemen welwillend mijn briefjes aan. Sommigen lijken betrouwbaar, anderen kijken alsof ze net mijn viool doorverkocht hebben.

Inmiddels, twee weken later, heb ik me er bijna bij neergelegd en ben ik op zoek naar een nieuw instrument. Het positieve is: die nieuwe violen waar ik op speel geven nieuwe inspiratie. Ik heb weer extra zin om er tegen aan te gaan. Blijkbaar had mijn oude instrument toch zijn beperkingen.

door: Machiel Boneschanscher

Oktober 2003
Vorige artikel | Volgende artikel
Naar de vaste rubrieken in VHV Online
Inhoud VHV Online Oktober 2003 | Colofon
PSO Home © 2003 VHV Media Groep, Eindhoven