Januari 2000
 VHV Online
Jaargang 4, Nummer 3

Zo Gaat Dat... bij de tot stand koming van het repetitierooster

Aan het opstellen van een repetitieschema gaat natuurlijk een aantal belangrijke beslissingen vooraf, zoals "hoe wordt het programma samengesteld." Daar kun je natuurlijk op zich al een "Zo gaat dat" over schrijven, maar ik wil toch graag even de criteria beschrijven die bij ons bepalend zijn bij het maken van programma's. Deze hebben namelijk ook hun weerslag bij het repetitieschema. Daar gaat hij dan. Eisen waar onze programma's aan moeten voldoen:

Verder zijn er nog losse argumenten als "Dat hebben we tien jaar geleden nog gespeeld" of "zoiets kun je toch niet in het Concertgebouw doen!" etc.

Voor het maken van het repetitieschema zijn vooral de criteria met betrekking tot leden die aan bod moeten komen en de moeilijkheidsgraad van belang. Er is dus van tevoren over nagedacht dat in een programma alle leden aan bod moeten komen. Dat wil niet zeggen dat we geen stukken kunnen spelen waar een gedeelte van het orkest niet in meespeelt. Nog sterker: dat is bijna altijd het geval In de meeste openings- en solowerken speelt meeestal niet onze gehele blazerssectie. Wij werken dus veelal met verschillende groottes van blazersbezettingen. Daar kan je op verschillende manieren mee omgaan: je kunt een hele repetitie met een kleinere groep werken en dan een week later met de hele groep. Dat kan echter vaak niet aangezien je nu eenmaal niet een hele repetitie aan een ouverture kunt werken. Dan besluit je dus om een halve repetitie tuttiblazers te programmeren en dan met de pauze mensen weg te sturen. Soms ben je door logistieke omstandigheden gedwongen om met de kleinere bezetting te beginnen en laat je extra mensen later komen. Dat kan lastig zijn want als je meer tijd voor je ouverture nodig hebt moeten er mensen wachten.

Wachten Daar heb je het woord WACHTEN. Goede repetitieschema's en optimale repetitie-indeling draaien om niet wachten….Mensen die mijn aanpak kennen weten dat ik bijna een ziekelijke fobie heb om mensen te laten wachten. Een prominente blazer van ons orkest beschuldigt mij zelfs ervan dat ik soms even iets met de blazers repeteer alleen maar om hen niet te laten wachten. Hij heeft wel een beetje gelijk…..

De filosofie van een dirigent om zijn orkestleden zo min mogelijk te laten wachten kan leiden tot bizarre taferelen. Kijk maar eens naar een voorbeeld uit de praktijk.

Een voorbeeld In Sjostakovitsj VII was het volgende het geval. Extra koper (10 man) was nodig, maar alleen eind deel I,stukje deel III en eind deel IV, harpen stukje II,III en begin IV, piano stukje deel I en deel II. Dan hebben we het alleen maar over de extra spelers en ook niet over de technisch muzikale aspecten. Je kunt je ook voorstellen dat je, wanneer je deel I hebt geprogrammeerd (vanwege het extra koper), compleet gek wordt als dirigent wanneer daar onverhoopt de harpen komen aanzetten. Gelukkig gebeurt dat niet omdat Annelieke het repetitieschema als een soort bijbel hanteert en er ontzettend goed mee omgaat.

Technische problemen Elk werk kent zijn eigen specifieke problemen. Deze kunnen in ( zo mogelijk extra) groepsrepetities worden opgelost of er dient in de reguliere tuttirepetitie aan gewerkt te worden. Bij het instuderen van de Mahlersymfonieën zijn repetities wat eerder begonnen, bij Sjos VII hebben we er voor gekozen om blazers wat later te laten komen. Dit zijn allemaal zaken die aan de orde komen voordat het schema opgesteld wordt.

Vaststellen Nu komen we bij de definitieve bepaling van het schema. Dat gaat natuurlijk elke keer ietsje anders, maar de grote lijnen zijn identiek. We beginnen met terugrekenen. Concert, dus de generale repetitie weet je ook meteen. Dan de solist: hoe vaak kan/wil hij/zij komen, hoe zit het met de beschikbaarheid? Dan liggen de laatste drie repetities al aardig vast. Vervolgens kijk ik hoeveel repetitietijd er nog over is (wij hebben ongeveer 10-13 repetities voor een normaal programma): hebben we een repetitiedag of -weekend? Zijn daar nog beperkingen? (In Hoeven kunnen we bv niet in grote losse groepen werken). Met de partituren in de hand weeg ik af hoeveel tijd aan welk werk besteed moet worden.

Groepsrepetities Volgende stap is het afwegen van de sectie- en groepsrepetitietijd. Orkestleden zijn verdeeld over dit soort avonden. Sommigen vinden ze doodweg niet leuk, maar de meesten zien gelukkig wel het nut er van in.Deze hoeveelheid wordt natuurlijk niet alleen bepaald door het leuk/niet leuk argument, maar eerder nog of we ze voor het betreffende werk nodig hebben. Als ik een blauwdruk heb gemaakt van hoeveel tijd ik aan welk soort activiteit wil besteden begint het daadwerkelijke indelen. Van Annelieke heb ik inmiddels een leeg schema gekregen, zodat ik niet per ongeluk op Pasen een repetitie plan. De belangrijkste vraag die ik me dan stel is "hoe kan een losse repetitie het beste opgebouwd worden?" (voorbeeld: blazers later laten komen voor de grote symfonie, sommige blazers iets eerder weg sturen om nog even ouverture door te raggen). Ten overvloede: ik streef er meestal naar om "groot" te beginnen en " klein " te eindigen. Uiteindelijk stel ik vast hoe vaak en wanneer er ingehuurde krachten (harpen,bassen etc.) moeten opdraven.

Buffer... Toch laat ik meestal een tweetal repetities niet ingevuld. We hebben immers altijd wel onvoorziene omstandigheden: iets wat toch meer of minder tijd kost, ziekte, onvoorziene absenties etc.

Bijstelling Het aldus opgestelde voorstel wordt naar het bestuur gestuurd ter uitwerking en beoordeling. Het bestuur kijkt of er geen onregelmatigheden in voorkomen (teveel/ te weinig groepsrepetitiest, teveel gebruik van betaalde krachten). Soms word ik dus van hogerhand gecorrigeerd. Annelieke gaat dan aan het werk voor het inhuren van extra krachten en repetitoren. Vaak leidt dit ook tot de nodige bijstellingen: de beoogde repetitor kan niet op de betreffende avond, extra koperblazers hebben concours of heel basspelend Nederland zit op een bassymposium

Waarom? Het schema is nu klaar voor distributie en gebruik. Toch is de belangrijkste reden voor een repetitieschema niet alleen het organiseren van blazersbezettingen en extra mensen. De belangrijkste drijfveer is om voor iedereen in het orkest duidelijkheid te scheppen wat er op een repetitie te verwachten valt, zodat daar bij het studeren thuis rekening gehouden kan worden. Natuurlijk heb ik er begrip voor dat niet iedereen wekelijks uren de orkestpartijen thuis studeert, maar het valt me op dat mensen vaak zo onvoorbereid zijn dat ze niet eens op de hoogte zijn van welk stuk op de repetitie te verwachten is!! Dat is jammer en een beetje zonde van de hierboven geschetste moeite. Dus indien van toepassing: Beter uw leven !!!

Door Uw Dienende Meester:Jules van Hessen

Zo Gaat Dat
Vorige artikel | Volgende artikel
Naar de vaste rubrieken in VHV Online
Inhoud VHV Online Januari 2000 | Colofon
© 2000 VHV, Eindhoven.